Als door overbemesting algen gaan woekeren, hoef je ze alleen maar te verwijderen. Dan worden andere waterplanten sterker en leiden ze tot helder water. Dit werd lang gedacht, maar bleek niet te kloppen.
Alternatieve evenwichten
Ondiepe meren worden al lang beschouwd als het belangrijkste voorbeeld van de alternatieve evenwichtstheorie. Volgens deze kan een meer heel verschillende stadia doorlopen, maar als het eenmaal helder water heeft met veel begroeiing, dan blijft dat zo. Hetzelfde zou gelden voor watermassa's met troebel water en sterke algengroei. Elk van deze alternatieve toestanden zou redelijk stabiel moeten zijn.
Overmatige algenvorming
Vooral in de zomermaanden kan in vijvers een explosieve algengroei optreden, de zogenaamde algenbloei. Algen produceren wel zuurstof, maar wanneer ze doodgaan, beginnen ze te rotten en te ontbinden. Er wordt weer zoveel zuurstof verbruikt dat er vissen aan sterven.
Gevolgen voor algenbestrijding
Als men de theorie van alternatieve evenwichten volgt, zou het relatief eenvoudig moeten zijn om een met algen besmet ondiep watermeer permanent om te vormen tot een biotoop met helder water. Je verwijdert de algen eenmalig en verzorgt waterplanten. Dit zou het waterlichaam van een evenwichtstoestand hebben gebracht naar een alternatieve toestand die op lange termijn stabiel zou moeten zijn.
fout verholpen
De onderzoekers keken naar meer dan 900 meren, vooral fosfor en stikstof, die we kennen van de kunstmest en natuurlijk het chlorofyl van de algen. Na evaluatie van de meetgegevens werd duidelijk dat de theorie van alternatieve evenwichten in ondiepwatermeren niet houdbaar is.
Het bleek dat er eigenlijk maar één verstandige manier is om de gevolgen van een te hoge toevoer van voedingsstoffen tegen te gaan: verminderen. Het is niet bijzonder origineel, maar het is duidelijk en gemakkelijk te begrijpen.
Bron: Helmholtz Centrum voor Milieuonderzoek (UFZ); Specialistisch artikel: Nature Communications,
doi: 10.1038/s41467-023-36043-9